Terug
Gepubliceerd op 27/11/2020

2020_GR_00333 - Burgerzaken - Huisnummering - Gemeentelijk reglement inzake de toekenning van huis- en busnummers (exponenten) - Goedkeuring

Gemeenteraad
ma 23/11/2020 - 20:05 Gemeenteraadszaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Vincent Vanhumbeeck, Steven Swiggers, Jozef Verdeyen, Karin JiroflĂ©e, Tom Van der Auwera, Nico Bogaerts, Ilse Fillet, Dieter Vanbesien, Luc De Bie, Frank Vannetelbosch, Bert Francois, Bernard Lemaitre, Annelotte Van Meldert, Brigitte Mouligneau, Jo Vandesande, Marc Vermylen, Marian Ursi, Nick Van Avondt, Pascal Vandenhoudt, Tim Timmermans, Veva Daniels, Orpha Delbeke, Annik Olbrechts, Eric Persoons

Verontschuldigd

Luc Van Rillaer

Secretaris

Eric Persoons

Voorzitter

Vincent Vanhumbeeck
2020_GR_00333 - Burgerzaken - Huisnummering - Gemeentelijk reglement inzake de toekenning van huis- en busnummers (exponenten) - Goedkeuring 2020_GR_00333 - Burgerzaken - Huisnummering - Gemeentelijk reglement inzake de toekenning van huis- en busnummers (exponenten) - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

8a08e59561454b880161479b5019067c

Argumentatie

De wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters, de identiteitskaarten, de vreemdelingenkaarten en de verblijfsdocumenten, zoals gewijzigd tot op heden.

Het koninklijk besluit van 16 juli 1992 tot vaststelling van de informatie die opgenomen wordt in de bevolkingsregisters en in het vreemdelingenregister, zoals gewijzigd tot op heden.

De algemene onderrichtingen van de Minister van Binnenlandse Zaken betreffende het houden van de bevolkingsregister van 24 juni 2010, gecoördineerde versie van kracht op heden.

Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de nummering en de wijziging van de nummering van vergunde huizen en andere gebouwen zoals commerciële gebouwen, kantoren, bedrijven, openbare gebouwen, kerken, zorginstellingen. 

Noodzaak om dit te verduidelijken in een gemeentelijk reglement

Het bestaande VVSG model. 

Overleg tussen team Burger & Onthaal en team Omgeving

Regelgeving bevoegdheid

Het Decreet Lokaal Bestuur
<p>DLB</p>

Besluit

De gemeenteraad beslist:

Artikel 1

Het gemeentelijk reglement inzake de toekenning van huis- en busnummers (exponenten) wordt als volgt goedgekeurd : 

Hoofdstuk 1: Bevoegdheid

Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor de nummering en de wijziging van de nummering van vergunde huizen en andere gebouwen zoals commerciële gebouwen, kantoren, bedrijven, openbare gebouwen, kerken, zorginstellingen e.d.

Ook de nummering van vergunde gebouweenheden binnen meergezinsgebouwen en de nummering van meerdere vergunde gebouweenheden binnen gebouwen, behoort tot zijn bevoegdheid.

Ook het proactief nummeren van onbebouwde percelen die in een gebied liggen waarop gebouwd kan worden, behoort tot zijn bevoegdheid. 

Het college kan deze bevoegdheid delegeren aan een of meerdere medewerkers van de gemeentelijke administratie. Geen enkele andere persoon mag de nummers van woningen en gebouwen eigenmachtig toekennen, wijzigen of verwijderen. 

Hoofdstuk 2: Te nummeren objecten

Elke stedenbouwkundig vergunde wooneenheid of gebouw, al dan niet voor huisvesting bestemd, moet genummerd worden. 

Artikel 1:

Iedere stedenbouwkundig vergunde of vergund geachte wooneenheid, al dan niet bewoond, geheel of gedeeltelijk afgebroken, in opbouw of in heropbouw, krijgt een afzonderlijk nummer. 

Stedenbouwkundig vergunde of vergund geachte gebouwen voor administratief, commercieel en industrieel gebruik en gebouwen voor gemeenschapsdoeleinden worden voorzien van een nummer, tenzij ze slechts een bijgebouw van een woning zijn. 

Artikel 2:

Gebouweenheden binnen gebouwen die meer dan één woongelegenheid bevatten, krijgen elk een busnummer (exponent), in zoverre ze vergund of vergund geacht zijn. De toekenning van een busnummer (exponent) gebeurt dus ook alleen door het college van burgemeester en schepenen of de daartoe door het college gemachtigd ambtenaar. 

Artikel 3:

Daar waar zich tussen bestaande gebouwen onbebouwde percelen grond bevinden, worden met het oog op de toekomst, nummers voorbehouden voor de eventueel op te richten woonhuizen en gebouwen volgens een logische schatting door Team Omgeving. 

Artikel 4:

Administratiegebouwen en handels- of nijverheidsgebouwen worden genummerd als eengezinswoningen of appartementen naargelang de aard van het pand waar ze zijn gelegen. 

Artikel 5:

a. Bijgebouwen zoals garages, bergplaatsen, loodsen, wagenhuizen, schuren, werkplaatsen, stallen, serres en dergelijke worden als aanhorigheden van het hoofdgebouw beschouwd, en krijgen geen afzonderlijk nummer toegewezen. 

b. Gebouwen zoals stallen, loodsen en garages die geen bijgebouw van een hoofdgebouw zijn, krijgen een eigen nummer toegewezen op expliciete vraag van de eigenaar en na akkoord van het college.

Hoofdstuk 3: Procedure voor de toekenning van huis- en busnummers (exponenten) 

Artikel 1:

Voor nieuwbouwwoningen en nieuwbouwmeergezinswoningen wordt het huisnummer aan de aanvrager voor het eerst meegedeeld op de afgeleverde omgevingsvergunning. Dit nummer wordt toegekend door Team Omgeving, in overleg met Team Burger & Onthaal en de GIS-medewerker. 

Artikel 2:

Busnummers (exponenten) kunnen enkel worden toegekend aan gebouweenheden die rechtstreeks vanaf het openbaar domein toegankelijk zijn. Alle ruimten van een wooneenheid in een meergezinswoning dienen zich te bevinden achter één af te sluiten voordeur t.o.v. de gemeenschappelijke toegang en ruimten. 

Artikel 3:

De eigenaar of syndicus van de gebouwen of de door hen aangewezen beheerder deelt het juiste door het gemeentebestuur toegekende busnummer (exponent) mee aan elke bewoner (referentiepersoon), met het oog op diens aangifte van adreswijziging bij Team Burger & Onthaal.

Hoofdstuk 4: Hernummering en afschaffing 

Artikel 1:

Het college van burgemeester en schepenen kan steeds beslissen om – wanneer de noodzaak blijkt en in het algemeen belang – de nummering van huizen en gebouwen in bepaalde straten te herzien, te verbeteren, te schrappen of aan te vullen. 

Hulpdiensten dienen te allen tijde panden en/of gebouweenheden gemakkelijk te kunnen vinden.  

Aanleiding daarvoor kan bijvoorbeeld zijn: 

- klachten van hulpdiensten, postbedelers, bewoners, etc.; 

- gewijzigde toekomstplannen, verkavelingen, RUPs, etc.; 

Artikel 2:

De bewoners van een straat die hernummerd wordt of van panden waar huis- of busnummers (exponenten) worden hernummerd of afgeschaft, worden daarvan schriftelijk op de hoogte gebracht door het gemeentebestuur. 

Artikel 3:

In geval van een hernummering zullen de oude nummers gedurende minmum één jaar bewaard blijven naast de nieuwe nummers. Zij zullen met een zwarte lijn doorstreept worden zonder daarbij echter onleesbaar te worden gemaakt. Na dit jaar dient de eigenaar het oude huisnummer te verwijderen. 

Artikel 4:

Bij afschaffing van een huis- of busnummer (exponent) dient de eigenaar of syndicus van de gebouwen of de door hen aangewezen beheerder de boventallige nummering te verwijderen van gevels en brievenbussen e.d. Elke verwijzing naar een afgeschaft huis of busnummer (exponent) dient verwijderd te worden binnen 30 dagen na datum kennisgeving van de gemeente. 

Artikel 5:

De bewoner/gebruiker staat in voor de bekendmaking van de hernummering of afschaffing aan overige instanties zoals telecomproviders, bank, verzekeringen en dergelijke.  

Hoofdstuk 5: Wijze van nummering van panden door het gemeentebestuur

Artikel 1:

Voor eenzelfde straatnaam binnen een gemeente moet elk huisnummer uniek zijn.

Artikel 2:

De huisnummers worden toegekend daar waar en een hoofdtoegang is tot de openbare weg, behoudens uitzonderingen toegekend door de gemeente.

Artikel 3:

Het huisnummer bestaat uit cijfers en eventueel een letter.

Artikel 4:

De nummering van de huizen en gebouwen in een straat begint bij voorkeur op de plaats die het dichtst ligt bij: 

a. de Markt voor de woningen in het centrum en de wijken er om heen; 

b. de kerk en/of het centrum van de deelgemeente waartoe de straat behoort; 

c. de plaats waar de straat aftakt van een weg van hogere wegcategorisering voor woningen niet gelegen in een kern. 

Artikel 5:

De huizen en gebouwen die zich, gezien met de rug naar de Markt, kerk, centrum of hoofdweg, aan de linkerkant van de straat bevinden krijgen oneven nummers, de huizen en gebouwen aan de rechterkant krijgen even nummers. 

Artikel 6:

De huizen en gebouwen rond een openbaar plein worden doorlopend genummerd, gezien met de rug naar de Markt, kerk, centrum of hoofdweg, aan de linkerzijde beginnend. 

Artikel 7:

Wanneer één of meer nummers moeten toegekend worden vóór het eerste reeds genummerde huis of gebouw (nr. 1 of 2), wordt het eerste nummer gesplitst in 1A en 1B en eventueel verder oplopend. Dit wordt echter zo veel mogelijk vermeden. 

De letter volgt onmiddellijk na het hoofdnummer. De toekenning van letterextensies gebeurt in logische volgorde (A, B, C,…). Letters die als cijfers gelezen kunnen worden, worden vermeden (I, O,…).

Artikel 8:

Wanneer één of meer nummers moeten toegekend worden tussen reeds genummerde huizen of gebouwen, wordt het voorgaande nummer opgesplitst in 1A en 1B en eventueel verder oplopend herhaald. Dit wordt echter zo veel mogelijk vermeden. 

De letter volgt onmiddellijk na het hoofdnummer. De toekenning van letterextensies gebeurt in logische volgorde (A, B, C,…). Letters die als cijfers gelezen kunnen worden, worden vermeden (I, O,…).

Artikel 9:

Indien blijkt dat er te veel tussenvoegingen gebruikt zullen moeten worden kan dat aanleiding geven tot hernummering van de gebouweenheden met hogere huisnummers. 

Artikel 10:

Voor woningen en gebouwen gelegen in grensstraten (straten die de grenzen van de deelgemeenten overschrijden) wordt de nummering doorgezet. 

Artikel 11:

Woningen of gebouwen die gebouwd zijn op een hoekperceel worden genummerd in de straat bepaald door het college van burgemeester en schepenen.

Artikel 12:

Doodlopende straten met mogelijkheid van doortrekken van de weg worden rechts en links apart (paar en onpaar) genummerd conform art.5. 

Hoofdstuk 6: Wijze van nummering binnen meergezinswoningen door het gemeentebestuur

Het nummeren van gebouweenheden binnen meergezinswoningen en appartementsgebouwen wordt gedaan door de bevoegde ambtenaar. 

Hoofddoel is dat de nummering binnenin het complex gebeurt met de indicatie van de verdieping en het busnummer. De nummers dienen te worden aangebracht bij elke particuliere ingangsdeur van de appartementen en op de brievenbussen. 

Op deze wijze zijn gebouweenheden en de bewoners eenvoudig te traceren, en daardoor wordt de veiligheid verbeterd. 

Dergelijke werkwijze moet tevens toelaten de inschrijving van de gezinnen in de bevolkingsregisters, vreemdelingen- en wachtregister te koppelen aan de ligging van het appartement binnen het complex.   

Voor de nummering van meergezinswoningen worden volgende principes toegepast: 

Artikel 1:

Het gebouw krijgt een huisnummer volgend in de nummering van de straat, conform art. 5. 

Artikel 2:

Bij aanwezigheid van twee of meerdere toegangsdeuren in één appartementsgebouw, die toegang geven tot verschillende woongelegenheden, wordt afhankelijk van de situatie een apart huisnummer (hoofdnummer) toegekend als eerste index. Eventueel met tussennummering, zie hoofdstuk 5, artikelen 4 en 5. Er dient te worden voorkomen dat er per verdieping dezelfde exponenten worden toegekend, wanneer het gebouw meerdere hoofdnummers beslaat en de woongelegenheden toegankelijk zijn via beide ingangen.  

Artikel 3:

Aan het hoofdnummer wordt per woongelegenheid een getal van drie cijfers toegevoegd. Het eerste cijfer verwijst naar de verdieping waar de woongelegenheid zich bevindt. De laatste twee cijfers duiden de woongelegenheid op de verdieping aan. 

Op deze wijze worden dus: 

- de woongelegenheden op het gelijkvloers genummerd van 001 tot 099; 

- de woongelegenheden op de 1ste verdieping genummerd van 101 tot 199;

- de woongelegenheden op de 2de verdieping genummerd van 201 tot 299; 

Voorbeeld 1: appartementsgebouw met 2 ingangen en 3 verdiepingen aan de openbare weg gelegen, en beide enkel toegang verlenend tot 9 appartementen (3 per verdieping): 

huisnummer aan de 1ste ingang: 9; 

huisnummer aan de 2de ingang: 11; 

- Nummering voor de app. van de 1ste ingang: 

9/001, 9/002, 9/003 en 9/101, 9/102, 9/103 en 9/201, 9/202, 9/203;  

- Nummering voor de app. van de 2de ingang: 

11/001, 11/002, 11/003 en 11/101, 11/102, 11/103 en 11/201, 11/202, 11/203; 

Voorbeeld 2: appartementsgebouw met 2 ingangen en 3 verdiepingen aan de openbare weg gelegen, en beide toegang verlenend tot alle appartementen: 

huisnummer aan de 1ste ingang : 13; 

huisnummer aan de 2de ingang : 15; 

- Nummering voor de app. van de 1ste ingang: 

13/001, 13/002, 13/003 en 13/101, 13/102, 13/103 en 13/201, 13/202, 13/203; 

- Nummering voor de app. van de 2de ingang; 

15/004, 15/005, 15/006 en 15/104, 15/105, 15/106 en 15/204, 15/205, 15/206; 

Artikel 4:

Wanneer er twee of meerdere woongelegenheden op één verdieping gelegen zijn, worden ze genummerd van de straat naar de voorgevel toekijkend, van links naar rechts. 

Binnen eenzelfde niveau wordt er genummerd in wijzerzin. Op het gelijkvloers beginnend aan de woonentiteit die zich bij het betreden van de hoofdingang het meest vooraan links bevindt. Op de verdiepingen beginnend bij de woonentiteit die zich bij het betreden van de verdieping vanaf de trap het meest vooraan links bevindt. 

Artikel 5:

Aan zorgwoningen, zoals gedefinieerd in artikel 4.1.1, 18° en 4.2.4 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, wordt geen apart bus- of huisnummer toegekend. De bewoners van de ondergeschikte wooneenheid worden als een afzonderlijk gezin beschouwd in het bevolkingsregister, maar zij worden ingeschreven onder hetzelfde huisnummer als de bewoners van de hoofdwooneenheid. 

Hoofdstuk 7: Wijze van aanbrengen huis- en busnummers (exponenten) op woningen, panden en gebouweenheden

Artikel 1:

Het aanbrengen van huis- en busnummers (exponenten) gebeurt door de eigenaar of syndicus van de gebouwen of de door hen aangewezen beheerder van het gebouw. 

Artikel 2:

De eigenaar of syndicus van de gebouwen of de door hen aangewezen beheerder brengt de nummers aan binnen de 30 dagen na: 

a. voor nieuwe gebouwen: de dag van voltooiing van het nieuwbouwwerk of uiterlijk de dag van de eerste inschrijving in het bevolkingsregister (de eerste van deze data wordt in acht genomen); 

b. Voor nog niet genummerde gebouwen of bij hernummering: de dag na de datum van de brief waarin het gemeentebestuur het toegekende nummer meedeelt; 

c. In geval van verwijdering van het huisnummer voor onderhouds- of veranderingswerken: de dag van voltooiing van de werken waarvoor het huisnummer verwijderd werd; 

d. Indien werd vastgesteld dat het huisnummer ontbreekt of onvoldoende zichtbaar of leesbaar is: de dag na de datum van de brief waarin het gemeentebestuur verzoekt te voldoen aan het reglement betreffende de nummering van huizen en gebouwen. 

Artikel 3:

Het nummer, toegekend door het gemeentebestuur, moet goed zichtbaar en stevig aan de woning of het gebouw aangebracht worden op een hoogte van minstens 1 en maximum 2 meter, naast de hoofdingang. Indien de hoofdingang zich aan de zijgevel bevindt dient het huisnummer tevens aangebracht te worden op de naar de openbare weg gerichte gevel. Te allen tijde dient het huisnummer vanaf de openbare weg goed zichtbaar en leesbaar te zijn. 

Artikel 4:

Indien de woning of het gebouw meer dan 5 meter achter de rooilijn gelegen is, wordt het nummer herhaald op een goed zichtbare plaats naast de inrit van de openbare weg. Er wordt aanbevolen het toegekende nummer op de brievenbus aan te brengen. 

Geen enkel voorwerp of beplanting mag de zichtbaarheid van het nummer hinderen. 

Artikel 5:

De cijfers en eventueel letters zijn minimum 4 cm hoog. Ze contrasteren met de achtergrond waarop ze zijn aangebracht. Ze zijn gemaakt uit duurzaam materiaal. 

Artikel 6:

In gebouwen waar meerdere woonentiteiten gelegen zijn, dienen busnummers (exponenten) te worden aangebracht binnen het gebouw aan de toegang van elke afzonderlijke woning of ruimte waarvoor een busnummer (exponent) werd toegekend. De eigenaar of syndicus of de door hen aangewezen beheerder van het gebouw dient hier zorg voor te dragen. 

De hoogte van de cijfers op de standaard nummerbordjes is 4 cm. 

Wanneer de brievenbussen in de inkomhal hangen, moet alleen het hoofdnummer langs de straatkant vermeld worden. De nummering per woongelegenheid wordt dan op de bijhorende brievenbus vermeld. 

Wanneer de brievenbussen langs de voorgevel hangen, is het voldoende om het hoofdnummer één keer duidelijk te vermelden naast de hoofdingang en de busnummers (exponenten) duidelijk te vermelden op de brievenbussen. 

Hoofdstuk 8: Sancties bij ontbrekende, onjuiste, of onleesbare huis- en busnummers (exponenten)

Artikel 1:

De eigenaar, syndicus, of beheerder van een gebouw zorgt ervoor dat het huisnummer conform hoofdstuk 7 wordt aangebracht en in goed leesbare staat blijft. Bij nalatigheid kan het college van burgemeester en schepenen op kosten van de hierboven vermelde personen een nieuw nummer laten aanbrengen. 

Artikel 2:

De eigenaar, syndicus, of beheerder van een gebouw is verplicht de huis- en busnummers (exponenten) goed zicht- en leesbaar te houden. 

Bomen, beplantingen en hagen dienen zodanig onderhouden te worden dat er geen huis- en busnummers (exponenten) door overhangende takken aan het zicht vanaf de openbare weg onttrokken worden. 

Indien door de gemeentelijke diensten wordt vastgesteld dat de huis- en busnummers (exponenten) niet of slecht leesbaar zijn vanaf de openbare weg zal het college van burgemeester en schepenen de eigenaar, syndicus, of beheerder van het gebouw verzoeken om de leesbaarheid in orde te brengen. Indien blijkt dat dit niet in orde is gemaakt na 30 dagen na datum van het verzoek van de gemeente, kan het college van burgemeester en schepenen de nodige werkzaamheden laten uitvoeren op kosten van de eigenaar, syndicus, of beheerder van een gebouw. 

Artikel 3:

Indien er een zichtbare verwijzing naar afgeschafte (bus)nummers (exponenten) aanwezig blijft na de termijn van 30 dagen na datum kennisgeving van de gemeente kan het college van burgemeester en schepenen de nummers laten verwijderen op kosten van de eigenaar, syndicus, of beheerder van een gebouw. 

Hoofdstuk 9: Afwijkende bepalingen

Indien moet afgeweken worden van voorgaande artikels, beslist het college van burgemeester en schepenen hierover bij gemotiveerd besluit. 

Hoofdstuk 10: Bekendmaking

Dit reglement zal bekend worden gemaakt overeenkomstig het decreet lokaal bestuur. Het reglement zal worden overgemaakt aan de bevoegde instanties. 

Hoofdstuk 11:  Uitvoering

Artikel 1:

Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de uitvoering van dit besluit. 

Overtredingen op de beschikkingen kunnen worden gestraft met een administratieve geldboete van maximum € 350.  

Artikel 2:

Een afschrift van dit reglement wordt verzonden aan de griffie van de rechtbank van eerste aanleg en aan die van de politierechtbank.   

Artikel 3:

Dit reglement wordt door de burgemeester bekendgemaakt op de gemeentelijke website, met vermelding van zowel de datum waarop het werd aangenomen als de datum waarop ze op de website bekendgemaakt wordt. 

Artikel 4:

Dit reglement treedt in werking de vijfde dag na de bekendmaking ervan. De bekendmaking en de datum van bekendmaking van deze reglementen en verordeningen moeten blijken uit de aantekening in een speciaal register, dat bijgehouden wordt op de wijze, bepaald door de Vlaamse Regering.