2021_GR_00176 - Leefmilieu - Gemeentelijk reglement inzake geveltuinen - Goedkeuring

De gemeenteraad keurt het gemeentelijk reglement inzake geveltuinen als volgt goed :

Gemeentelijk reglement geveltuinen

Definities:

Geveltuin: Een smalle beplantingsstrook op het openbaar domein, gelegen onmiddellijk tegen de voorgevel van een pand.

Doelstelling:

Het bevorderen van een natuur-, milieu- en klimaatvriendelijke beleid in de gemeente Haacht, door de vergroening en ontharding van het openbaar domein. Het concept van de geveltuin past binnen deze doelstelling.

Aanvraag en toekenning:

• Een geveltuin kan worden aangevraagd door de eigenaar of de huurder van een pand.
• Bij een aanvraag is een schets toegevoegd, met hierop aangeduid de locatie en afmetingen van de geplande geveltuin, samen met een foto van de voorgevel.
• Een aanvraag wordt ingediend door middel van het digitale aanvraagformulier op de gemeentelijke website. Indien nodig kan een aanvraag ook schriftelijk worden ingediend door middel van het papieren aanvraagformulier ter beschikking gesteld door de gemeente.
• Indien een aanvraag wordt ingediend door een huurder van een pand, dan heeft deze de schriftelijke toestemming van de eigenaar. Deze toestemming is bij de aanvraag toegevoegd.
• Voor de aanleg van een geveltuin is steeds de toelating van het college van burgemeester en schepenen vereist.
• Voor de aanleg van een geveltuin aan een gewestweg kan toelating enkel worden verleend mits akkoord van het Agentschap Wegen en Verkeer.
• De toelating wordt verleend op naam van de eigenaar van het pand waarvoor de geveltuin is aangevraagd. Indien er een nieuwe eigenaar is voor dit pand, dan gaat de aansprakelijkheid op deze nieuwe eigenaar over.
• De toelating wordt verleend voor onbepaalde duur.

Voorwaarden:

• Panden waarvan de voorgevel niet grenst aan het openbaar domein komen niet in aanmerking voor een geveltuin.
• Panden waarvan de voorgevel grenst aan een officieel fietspad of een baanvak voor gemotoriseerd verkeer, komen niet in aanmerking voor een geveltuin.
• Panden waarvan de voorgevel grenst aan een voetpad met breedte 1,20 meter of minder komen niet in aanmerking voor een geveltuin.
• Afhankelijk van de plaats en de densiteit van het aantal voetgangers in de omgeving kan het college van burgemeester en schepenen een grotere vrije doorgang dan 1,20 meter breed opleggen.
• Er dient minstens 30 cm afstand worden gehouden van aanpalende eigendommen, tenzij er een onderling schriftelijk akkoord bestaat tussen de betrokken eigenaars. Dit akkoord is bij de aanvraag toegevoegd.
• Klimplanten mogen niet hoger komen dan de kroonlijsthoogte, en worden in breedte beperkt tot minstens 30 cm afstand van aanpalende eigendommen. Van deze maximale breedte kan worden afgeweken mits onderling schriftelijk akkoord tussen de betrokken eigenaars. Dit akkoord is bij de aanvraag toegevoegd.
• Indien voor de geplande geveltuin welke werken dan ook aan de voorgevel vereist zijn (bijvoorbeeld voor het aanbrengen van geleidingselementen voor klimplanten), dan is een kopie van een goedgekeurde omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen voor deze werken bij de aanvraag toegevoegd.
• De boord van de geveltuin kan niet hoger liggen dan het omringend openbaar domein.

Uitvoering:

• De gemeente zorgt voor de verwijdering van de bestaande verharding en alle vreemde materialen in het plantvak, voor de afwerking ervan, en voor de opvulling ervan met een mengsel van grond en compost. Dit alles in de eerst volgende maanden februari en maart na het verlenen van de toelating.
• De geveltuin moet worden uitgevoerd zoals omschreven in de toelating. De geveltuin zelf aanpassen (vergroten of verkleinen) is niet toegestaan.
• De aankoop en aanplant van plantgoed gebeurt door de aanvrager. Al het dood of levend materiaal in de geveltuin is en blijft eigendom van de aanvrager.
• De beplanting van de geveltuin kan niet gebeuren met giftige plantensoorten.

Onderhoud:

De aanvrager staat in voor het onderhoud van de geveltuin, en engageert zich ertoe de geveltuin voor minstens 7 jaar te onderhouden.

Verwijderen:

• Het college van burgemeester en schepenen behoudt zich het recht om niet reglementaire of verwaarloosde geveltuinen te laten verwijderen, en de toelating voor deze geveltuinen in te trekken. De houder van de toelating wordt via aangetekend schrijven aangemaand de geveltuin te herstellen naar de vergunde toestand. Indien hier geen gevolg aan wordt gegeven, dan wordt de geveltuin door de gemeente zelf verwijderd op kosten van de houder. Hieronder vallen tevens de kosten voor het herstellen van het openbaar domein naar de oorspronkelijke staat.
• De burgemeester kan omwille van veiligheids- en verkeersmaatregelen de toelating voor een geveltuinen intrekken en het openbaar domein in de oorspronkelijk staat herstellen. Hiervoor worden geen kosten aan de houder aangerekend, en de gemeente betaalt ook geen vergoeding aan de houder.

Aansprakelijkheid:

• De houder van de toelating is aansprakelijk tegenover derden, met inbegrip van de gemeente Haacht en nutsmaatschappijen, voor elke schade of elk nadeel, van om het even welke aard, die de geveltuin zou berokkenen, inclusief mogelijke schade aan leidingen en kabels.
• De gemeente herstelt eventuele schade aan het openbaar domein veroorzaakt door de geveltuin op kosten van de houden.
• De houder moet ten alle tijden de toegang van de gemeente en de nutsmaatschappijen tot de geveltuin, ten behoeve van hun werkzaamheden, gedogen.
• De gemeente en de nutsmaatschappijen zijn gerechtigd, zonder enige schadevergoeding, de verwijdering van materialen te eisen ten behoeve van hun werkzaamheden. De gemeente noch een nutsmaatschappij kan aansprakelijk worden gesteld voor gelijk welke beschadiging veroorzaakt aan een geveltuin.

Overeenstemming met andere reglementen:

Dit reglement doet geen afbreuk aan de bepalingen van het gemeentelijk politiereglement, meer bepaald van de artikels 60 en 61. De bepalingen in deze artikels zijn ook van toepassing voor geveltuinen.

Artikel 60

Elke eigenaar, huurder of beheerder van een onroerend goed moet ervoor zorgen dat de planten en/of bomen op de eigendom zo gesnoeid worden dat geen enkele begroeiing ervan:

1. over de rijbaan hangt op minder dan 4,5 meter boven de grond;

2. over de gelijkgrondse berm of over het voetpad en/of fietspad hangt op minder dan 2,5 meter boven de grond;

3. de luchtleidingen van het laagspanningsnet, de openbare verlichting en de voorzieningen voor tv, telefonie en/of internet hindert;

4. de stabiliteit van de installaties voor openbare verlichting in het gedrang brengt of het uitgestraalde licht ervan in belangrijke mate vermindert;

5. de verkeerstekens bedekt;

6. enige belemmering betekent voor de leesbaarheid van de straatnaamborden.

Artikel 61.

Beplanting mag de zichtbaarheid van de openbare weg niet belemmeren.

Bij hoekpercelen en kruispunten moet de beplantingen op 5 meter vanuit de hoek beperkt worden tot een hoogte van 1 meter.

Beplantingen langs het voetpad en/of fietspad moeten beperkt worden tot een hoogte van 1 meter, hogere hagen kunnen alleen indien de zichtbaarheid van de fietsers/voetgangers vanaf de uitritten van de percelen gegarandeerd is (uitzichtdriehoek).