Artikel 3 van het "Belastingreglement op het aanvragen van een omgevingsvergunning of de melding van stedenbouwkundige handelingen of het exploiteren of veranderen van ingedeelde inrichtingen of activiteiten" bepaalt de kostprijzen die de gemeente aanrekent voor de behandeling van omgevingsvergunningsaanvragen en meldingen.
Enkele kostprijzen werden aangepast, evenals de benaming. De benaming diende ruimer omschreven te worden.
Noodzaak tot aanpassen van het reglement.
De gemeenteraad keurt het volgende besluit goed met 12 ja-stemmen (Vincent Vanhumbeeck, Steven Swiggers, Jozef Verdeyen, Karin Jiroflée, Tom Van der Auwera, Nico Bogaerts, Luc De Bie, Annelotte Van Meldert, Nick Van Avondt, Pascal Vandenhoudt, Tim Timmermans, Orpha Delbeke; 8 onthoudingen (Dieter Vanbesien, Bernard Lemaitre, Marian Ursi, Veva Daniels, Frank Vannetelbosch, Bert Francois, Marc Vermylen en Marleen Wouters).
De gemeenteraad besluit de aangepaste versie van het "Belastingreglement op het aanvragen van een omgevingsvergunning of de melding van stedenbouwkundige handelingen of het exploiteren of veranderen van ingedeelde inrichtingen of activiteiten", als volgt goed te keuren:
"Belastingreglement op het aanvragen van een omgevingsvergunning of de melding van stedenbouwkundige handelingen of het exploiteren of veranderen van ingedeelde inrichtingen of activiteiten"
Artikel 1
Vanaf heden tot en met 31 december 2025 wordt ten behoeve van de gemeente een belasting gevestigd op de aanvragen en meldingen bedoeld in het Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.
Artikel 2
De belasting is verschuldigd door de natuurlijke persoon, de rechtspersoon, de exploitant van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten of de bouwheer die gehouden is tot het indienen van de aanvraag of de melding.
Artikel 3
Berekeningsgrondslag en tarief:
De belasting bestaat uit een bedrag per dossiertype (3.1), dat nog wordt verhoogd met een bedrag per procedurestap (3.2) en eventueel een bijkomende belasting in functie van aard en type aanvraag (3.3).
3.1 Belasting per dossiertype
Dossiertype | Gemeente is | Vlaamse overheid of |
aanvraag voor een omgevingsvergunning voor | € 225 | € 225 |
aanvraag voor een | € 150 | € 150 |
Melding stedenbouwkundige handelingen | € 100 | |
Melding IIOA | € 100 | |
Melding gemengd project | € 125 | |
Verzoek tot bijstelling/afwijking van de milieuvoorwaarden | € 175 |
|
Afstand van de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden
| € 75 |
|
Melding van de overdracht van de vergunning voor een ingedeelde inrichting of activiteit- volledige overdracht - gedeeltelijke overdracht
| €75 |
|
Mededeling met vraag tot omzetting van | € 125 |
Bekendmaking van het verstrijken van elke geldigheidsperiode van twintig jaar van een omgevingsvergunning van onbepaalde duur | € 75 |
Aanvraag van een stedenbouwkundig attest | € 125 |
Aanvraag van een planologisch attest | € 1500 |
Zijn meerdere bedragen uit deze tabel van toepassing, dan geldt alleen het hoogste bedrag.
3.2. Belasting per procedurestap
3.3. Bijkomende belasting in functie van aard en type aanvraag
· bijkomende belasting voor iedere bijkomende permanente woongelegenheid of lot opgenomen in dezelfde aanvraag tot omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen of het verkavelen van gronden: € 250.
Artikel 4
Zijn van de belasting vrijgesteld: de gerechtelijke overheden, de openbare besturen en de daarmede gelijkgestelde instellingen, alsook de instellingen van openbaar nut.
Artikel 5
De belasting is verschuldigd door de aanvrager. De aanvrager ontvangt een factuur en betaalt ten laatste op de vervaldag van de factuur.
Wanneer de contante inning niet kan worden uitgevoerd, wordt de belasting een kohierbelasting. De kohierbelasting moet worden betaald binnen de tweede maanden vanaf de datum van verzending van het aanslagbiljet.
Artikel 6
De belastingschuldige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen.
Het bezwaarschrift moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn. Het bezwaarschrift kan via aangetekend schrijven worden ingediend. Deze indiening moet, op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag of vanaf de datum van de contante inning. Van het bezwaarschrift wordt een ontvangstmelding afgegeven, binnen vijftien dagen na de indiening ervan.
Artikel 7
Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008, zijn van overeenkomstige toepassing op de provincie- en gemeentebelastingen:
1° de bepalingen van titel VII, hoofdstuk 1, 3, 4, 6, 7 en 8, van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992, voor zover deze niet specifiek de belastingen op de inkomsten betreffen;
2° het Wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet- fiscale schuldvorderingen van 13 april 2019, met uitzondering van artikel 43 tot en met 48.
Artikel 8
Het vorige reglement '2021_GR_00182 - Belastingen 2021-2025 - Gemeentelijk belastingreglement op het aanvragen van een omgevingsvergunning of de melding van stedenbouwkundige handelingen of het exploiteren of veranderen van ingedeelde inrichtingen of activiteiten - Aanpassing - Goedkeuring', zoals goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 27 september 2021, wordt opgeheven.
Artikel 9
Dit reglement wordt online bekendgemaakt op de gemeentelijke webtoepassing.