Het bouwen of verbouwen van een gebouw zonder voldoende parkeerplaatsen op privaat domein is een last voor de gemeenschap. Een belastingreglement op het ontbreken van parkeerplaatsen kan hiervoor uitgevaardigd worden.
Het belastingreglement op het ontbreken van parkeerplaatsen d.d. 16/12/2019 wordt als volgt gewijzigd:
De gemeentelijke 'stedenbouwkundige verordening betreffende het aanleggen van parkeerplaatsen buiten de openbare weg' legt, ten aanzien van het privaat domein, een aantal te realiseren parkeerplaatsen op;
Artikel 4 van de gemeentelijke 'stedenbouwkundige verordening betreffende het aanleggen van parkeerplaatsen buiten de openbare weg' bepaalt dat het college van burgemeester en schepenen kan beslissen dat de verplichtingen voortkomend uit deze verordening vervangen worden door de betaling van een belasting;
De financiële toestand van de gemeente en de noodzaak te voorzien in de nodige financiële middelen voor de werking van het bestuur, evenals voor de uitvoering van de nodige investeringen.
Er wordt met ingang van 1 maart 2024 en voor een termijn eindigend op 31 december 2025 een belasting geheven op het ontbreken van parkeerplaatsen bij het bouwen of herbouwen van een gebouw of het aanleggen van sportinfrastructuur, het uitbreiden van een gebouw met meer dan 50 m² vloeroppervlakte, het opsplitsen van een gebouw of het wijzigen van het aantal woongelegenheden, tenzij het gaat om zorgwonen en/of het uitvoeren van een vergunningsplichtige functiewijziging van een bebouwd onroerend goed, zoals bepaald in de van kracht zijnde stedenbouwkundige verordening.
Artikel 2
Alle bepalingen opgenomen in het gemeenteraadsbesluit van 24 september 2018 (en latere wijzigingen) aangaande de stedenbouwkundige verordening betreffende het aanleggen van parkeerplaatsen buiten de openbare weg zijn van toepassing op onderhavig belastingreglement.
Artikel 3
De belasting is verschuldigd door de houder van een omgevingsvergunning afgeleverd vanaf 1 maart 2024 en volgens de bepalingen van de stedenbouwkundige verordening betreffende het aanleggen van parkeerplaatsen buiten de openbare weg, die, op grond van deze omgevingsvergunning de verplichting tot het aanleggen van één of meerdere parkeerplaatsen mag omzetten in het betalen van een vervangende belasting.
Artikel 4
De belasting is verschuldigd na het verkrijgen van de definitieve omgevingsvergunning waarin de 'belasting op het ontbreken van parkeerplaatsen' voorwaardelijk werd opgenomen en voor de start van de werken.
Artikel 5
De belasting wordt vastgesteld op:
Artikel 6
De belasting wordt gevestigd en ingevorderd door middel van een kohier. De kohierbelasting moet worden betaald binnen de twee maanden vanaf de datum van verzending van het aanslagbiljet.
Artikel 7
De belastingschuldige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen.
Het bezwaarschrift moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn. Het bezwaarschrift kan via aangetekend schrijven worden ingediend. Deze indiening moet, op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag of vanaf de datum van de contante inning. Van het bezwaarschrift wordt een ontvangstmelding afgegeven, binnen vijftien dagen na de indiening ervan.
Artikel 8
Het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen en latere wijzigingen zijn van toepassing op dit belastingreglement.
Artikel 9
Het belastingreglement op het ontbreken van parkeerplaatsen goedgekeurd door de gemeenteraad d.d. 16 december 2019, wordt opgeheven met ingang van 1 maart 2024.
Artikel 10
Dit reglement wordt online bekendgemaakt op de gemeentelijke webtoepassing.