Elk bestuur moet zijn meerjarenplan minstens één keer per jaar aanpassen om de kredieten voor het volgende boekjaar vast te stellen. Ook de wijziging van de kredieten voor het lopende boekjaar vergt een aanpassing van het meerjarenplan. De raad kan in één beslissing zowel de kredieten voor het volgende jaar vaststellen als de kredieten voor het lopende jaar aanpassen. Het overzicht van de kredieten (schema M3) vermeldt dan de gewijzigde kredieten voor het lopende boekjaar en de kredieten voor het volgende boekjaar.
Daarnaast is het logisch dat de raad beslist over belangrijke inhoudelijke wijzigingen in het beleid. Het bestuur zal het meerjarenplan dus ook aanpassen als er belangrijke bijsturingen van de acties, actieplannen en/of beleidsdoelstellingen moeten gebeuren. De regelgeving legt hiervoor geen regels op. Elk bestuur moet in het kader van de organisatiebeheersing zelf definiëren welke inhoudelijke wijzigingen alleen kunnen worden doorgevoerd via een aanpassing van het meerjarenplan.
Een aanpassing van het meerjarenplan bevat minstens:
De toelichting van een aanpassing van het meerjarenplan bevat minstens de volgende onderdelen:
De aanpassing van het meerjarenplan van de autonome gemeente- en provinciebedrijven moet, nadat ze is vastgesteld door de raad van bestuur, voor goedkeuring worden voorgelegd aan de raad van het moederbestuur.
Om de definitieve cijfers voor de autonome bedrijven correct te kunnen opnemen in het aangepaste meerjarenplan van het moederbestuur, is het aangewezen dat de vaststelling en/of goedkeuring van het aangepaste meerjarenplan van het autonome bedrijf plaatsvindt vóór de vaststelling van de aanpassing van het meerjarenplan van de gemeente en het OCMW.
DLB
Het college van burgemeester en schepenen gaf een gunstig advies aan de aanpassing van het meerjarenplan 1/2023 van AGB Haacht.
Het dossier wordt op de gemeenteraad gebracht ter goedkeuring. De gemeenteraad keurt het dossier goed.
Het beschikbaar budgettair resultaat per einde 2023 daalt na aanpassing meerjarenplan 1/2023 met ca. 9.955 euro tot 100.527 euro.
Beschikbaar budgettair resultaat = 106.488 euro per 31/12/2024
Autofinancieringsmarge = 4.464 euro per 31/12/2023
Gecorrigeerde autofinancieringsmarge = -95.442 euro per 31/12/2023
Per einde 2025 bedraagt het verschil tussen het beschikbaar budgettair resultaat in het meerjarenplan na aanpassing meerjarenplan 1/2022 en dat in het meerjarenplan na aanpassing 1/2023 18.353 euro. Na aanpassing meerjarenplan 1/2023 sluit AGB Haacht de planningsperiode in 2026 af een met een geraamd beschikbaar budgettair resultaat van 115.044 euro.
De geraamde autofinancieringsmarge, die aangeeft in welke mate de leningslasten vanuit het exploitatiesaldo kunnen gedragen worden, bedraagt per 31 december 2026 3.409 euro.
Met de nieuwe BBC 2020-regelgeving werd het begrip ‘gecorrigeerde autofinancieringsmarge’ in het leven geroepen.
De gecorrigeerde autofinancieringsmarge is een indicator en geen norm. Hij houdt rekening met een gemiddelde jaarlijkse leningsaflossing van 8% van de totale uitstaande schuld per 31 december van het vorige boekjaar. Theoretisch en ruwweg gezien zouden de autofinancieringsmarge en de gecorrigeerde autofinancieringsmarge dus aan mekaar gelijk moeten zijn indien het bestuur alle leningen aanhoudt op 12,5 jaar. Op die manier wil men bekomen dat het structureel evenwicht weergegeven wordt zonder dat het vertekend wordt door de door het bestuur gekozen financieringswijze.
We stellen vast dat de geraamde gecorrigeerde autofinancieringsmarge negatief is voor AGB Haacht met een bedrag van -95.442 euro eind 2023 (in plaats van -83.574 euro in het meerjarenplan na aanpassing meerjarenplan 1/2022). Dit volgt voornamelijk uit het gegeven dat het gros van de uitstaande schuld op langere termijn wordt aangehouden dan 12,5 jaar. Naarmate het meerjarenplan vordert, zien we dat de uitstaande schuld van AGB Haacht wordt afgebouwd en dat 2026 wordt afgerond met een geraamde gecorrigeerde autofinancieringsmarge van 26.086 euro.