Gelet op het mobiliteitsplan van 2021 dat wijzigingen in de parkeerstructuur in centrum Haacht vooropstelt, het uitbouwen van een beleid dat deelmobiliteit stimuleert (actieplan deelmobiliteit 2023 met traject Shared Mobility Masters) en de toename van elektrische wagens en publieke laadpalen, werd het parkeerbeleid herzien en gestructureerd. Op basis daarvan werd het retributiereglement op het kortparkeren en parkeren in een blauwe zone, zoals goedgekeurd in de zitting van de gemeenteraad van 16 december 2019 en aangepast op 20 januari 2020, bijgevolg aangepast en goedgekeurd in de zitting van de gemeenteraad van 27 november 2023.
Daarnaast en vanaf 1 september 2023 zijn nieuwe regels in werking getreden inzake de schulden van de consument ten aanzien van ondernemingen (ingevoerd bij de wet van 4 mei 2023 houdende invoeging van boek XIX "Schulden van de consument" in het Wetboek van economisch recht). Met deze nieuwe wetgeving werden een aantal regels ingevoerd waarmee ondernemingen rekening moeten houden als zij te maken krijgen met consumenten die hun facturen laattijdig betalen, met als hoofdlijnen:
- De eerste herinnering moet steeds gratis zijn en kosten voor bijkomende herinneringen worden geplafonneerd.
- Er moet verplicht minstens 14 kalenderdagen gewacht worden alvorens een nalatigheidsintrest of een schadevergoeding toe te passen.
- De schadevergoedingen worden beperkt.
Het aanleggen en verbeteren van de parkeermogelijkheden brengt voor de gemeente aanzienlijke lasten met zich mee. De inkomsten uit het parkeerbeleid kunnen hiervoor aangewend worden;
Een retributiereglement moet ervoor zorgen dat de inname van deze parkeerplaatsen beperkt blijft in de voorziene tijd;
Door de verhoging van de parkeermogelijkheden zijn er ook nieuwe mogelijkheden vereist voor de controle op de beperking van de parkeerduur op de voorgeschreven plaatsen;
Het onderhouden van de parkeerplaatsen brengt kosten met zich mee;
De parkeervergoeding moet gezien worden als een vergoeding voor een geleverde dienst namelijk het beschikbaar stellen van een parkeerplaats door de gemeente.
de Grondwet, meer bepaald artikel 173;
het decreet Lokaal Bestuur, artikel 40 §3;
Artikelen 10/1 tot en met 10/03 decreet van 16 mei 2008 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens;
Artikel 27 Koninklijk Besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg (Wegcode);
het Ministerieel Besluit van 7 mei 1999 betreffende de parkeerkaart voor mensen met een handicap;
het Ministerieel Besluit van 9 januari 2007 betreffende de gemeentelijke parkeerkaart.
het boek XIX "Schulden van de consument" in het Wetboek van economisch recht
Er wordt voor de aanslagjaren 2024 tot en met 2025 een gemeentelijke retributie gevestigd voor het parkeren van motorvoertuigen op de openbare weg of op de plaatsen gelijkgesteld aan de openbare weg.
Dit reglement beoogt het parkeren van een motorvoertuig op plaatsen waar dat parkeren toegelaten is én waar een blauwe zonereglementering van toepassing is.
Onder "openbare weg" verstaat men de wegen en hun trottoirs of nabijgelegen bermen die eigendom zijn van de gemeentelijke, provinciale of gewestelijke overheden.
Onder "met een openbare weg gelijkgestelde plaatsen" verstaat men de parkeerplaatsen gelegen op de openbare weg, zoals vermeld in artikel 4, § 1, 2e lid, van de wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten.
Artikel 2
De retributie is verschuldigd door de houder van de nummerplaat van het voertuig.
Een retributie is verschuldigd zodra het voertuig langer geparkeerd is dan de tijd die toegelaten is door de verkeersborden, en is betaalbaar door overschrijving op de rekening van de gemeente of haar concessiehouder; deze laatste mogelijkheid wordt enkel aangeboden als de gebruiker opteert voor de toepassing van het forfaitair tarief.
Een retributie is tevens verschuldigd door voertuigen op parkeerplaatsen autodelen, aangeduid met een bord E9a en onderbord of opschrift 'autodelen', wanneer de gemeentelijke digitale parkeerkaart autodelen ontbreekt.
Artikel 3
De retributie wordt vastgesteld als volgt:
- gratis voor de maximale duur die toegelaten is door de verkeersborden;
- 30€ per dag voor elke periode die langer is dan deze die gratis is (de maximale duur toegelaten door de verkeersborden);
De door de gebruiker gewenste parkeerduur wordt vastgesteld door het zichtbaar aanbrengen achter de voorruit van het voertuig van een geldige parkeerschijf overeenkomstig artikel 27.1.1 van het koninklijk besluit van 1 december 1975.
Artikel 4
Vrijstellingen:
§ 1. Conform art 27.1.4 van de wegcode gelden de beperkingen van de beperkte parkeertijd niet voor de voertuigen die in het bezit zijn van een gemeentelijke digitale parkeerkaart autodelen, op parkeerplaatsen met beperkte parkeertijd waar de toegelaten parkeerduur groter is dan 60 minuten.
§ 2. Conform art 27.4 van de wegcode gelden de beperkingen van de beperkte parkeertijd niet voor de voertuigen die gebruikt worden door personen met een handicap met de speciale kaart bedoeld in dat artikel.
§ 3. De gemeente Haacht kent géén bewonerskaarten toe.
Artikel 5
Als de parkeerschijf niet zichtbaar achter de voorruit van zijn voertuig is geplaatst of in geval de gebruiker de pijl niet op het streepje plaatst dat volgt op het tijdstip van aankomst of indien de gebruiker de aanduidingen wijzigt zonder dat het voertuig de parkeerplaats heeft verlaten, wordt de gebruiker steeds geacht te kiezen voor de betaling van het in artikel 3 bedoelde forfaitaire tarief. Bij toepassing van het vermelde forfait, brengt de concessiehouder een uitnodiging om de retributie binnen de vijf dagen te betalen aan op de voorruit van het voertuig.
Als er op de voorbehouden parkeerplaatsen voor autodelen een voertuig geparkeerd staat, waarbij een geldige digitale parkeerkaart autodelen ontbreekt, brengt de concessiehouder een uitnodiging om de retributie binnen de vijf dagen te betalen aan op de voorruit van het voertuig.
Artikel 6
Bij niet-betaling van de retributie binnen de gestelde termijn zal de concessiehouder een eerste kosteloze herinnering sturen.
Indien de retributie na deze eerste herinnering onbetaald blijft, wordt een 2de aangetekende aanmaning verstuurd en wordt een bijkomende forfaitaire vergoeding van 20 euro gevorderd ten laste van de debiteur van de retributie.
Tenslotte, als betaling uitblijft, wordt het dossier toevertrouwd aan een gerechtsdeurwaarder voor verdere inning. De gerechtsdeurwaarder zet de invordering verder volgens de regels van het gemeen recht door middel van het organiseren van een doorgedreven minnelijke invordering met als doel om de invordering via gerechtelijke weg te vermijden.
Bij niet-betaling na de minnelijke pogingen, ondernomen door de gerechtsdeurwaarder, zal de invordering gerechtelijk verder gezet worden.
Artikel 7
Dit reglement treedt in werking op 1 november 2024. Het retributiereglement op kortparkeren en parkeren in een blauwe zone goedgekeurd door de gemeenteraad d.d. 27 november 2023, wordt opgeheven met ingang van 1 november 2024.
Artikel 8
Dit reglement wordt online bekendgemaakt op de gemeentelijke webtoepassing.